Anouk Vegter – 2018 – onderzoek doen in Bangladesh

  • Home
  • Anouk Vegter – 2018 – onderzoek doen in Bangladesh

Anouk Vegter (JVA 2014) verbleef afgelopen jaar iets meer dan twee maanden in Khulna (Bangladesh) voor het project ‘Living Polders’ in het kader van haar afstudeerscriptie van haar tweejarige onderzoeksmaster Sustainable Development aan de Universiteit Utrecht. Voor dit project heeft ze gehonoreerde aanvraag gedaan bij het Minderhoud fonds. Het bestuur van het Minderhoudfonds interviewt haar over deze bijzondere ervaring.

Wat houdt het project ‘Living Polders’ precies in?

“Dit is de naam van het grotere PhD onderzoek naar Tidal River Management (hierna: TRM) in Bangladesh. TRM is een project opgezet door een samenwerking tussen Nederlandse onderzoeksinstituten en Bengaalse universiteiten. en houdt in dat de stroming van de nabijgelegen rivier genaamd Beel Pakhimara en Kukshia wordt verbeterd. Het is een project dat op de lange termijn voor een verbetering zou moeten zorgen voor de levens van de boeren. Op korte termijn betekent het echter dat boeren vier à vijf jaar lang hun land niet kunnen verbouwen, omdat de dichtbijgelegen dijk tijdelijk open wordt gebroken en het land als gevolg onder water staat. De boeren krijgen een financiële compensatie voor hun verlies. Dit was een bedrag wat ze zouden verdienen in het geval dat ze wel een veld zouden hebben met producten. Mijn aandeel in het grotere PhD onderzoek betrof het interviewen van boeren die worden geraakt door TRM.

 En, hoe ben je bij dit project gekomen?

“Ik zag een bericht op blackboard hierover en heb toen direct contact opgenomen met de begeleider van het project. Ik vond de stap om naar Bangladesh te gaan in eerste instantie vrij groot. Toen mijn studiegenoot, Jeroen, voor zijn eigen onderzoek meeging, was ik meer op mijn gemak om te gaan. Op deze manier zat ik zes maanden later ik in het vliegtuig naar Bangladesh”

Op 19 januari 2019 stapte je dus in het vliegtuig, en toen?

“Na een overstap op Instanbul, vlogen wij op Dhaka. Dhaka is de hoofdstad van Bangladesh. Een dag later vlogen we naar onze eindbestemming Khulna. Dit is de drie na grootste stad van Bangladesh en hier verbleef ik ook in een soort kantoor gedurende de twee maanden. Jeroen en ik hadden een eigen kamer met een badkamer. Er was ook een office manager genaamd Rajhan. Hij hield het overzicht en de orde daar. Daarnaast hadden wij onze eigen kokkin. Zij woonde met haar familie tegenover het kantoortje, maar kookte elke dag bij ons. Ik heb door haar ook de volledige culinaire Bengaalse ervaring gehad. Zij leerde mij hoe ik de lekkerste curry kon maken.” Samen maakten wij de lekkerste curry’s.

Hoe ging zo’n interview in zijn werking?

“Elke werkdag reden wij op een motor achterop op die levensgevaarlijke wegen naar kleine dorpjes. Bij het eerste en beste huis riep Mukta, mijn vertaalster voor de gehele periode, iets in de richting van ‘Interview, interview’. Vervolgens keken mensen op en toen zij zagen dat wij te gast waren, begon de overvloed aan gastvrije gebaren. Iedereen vroeg of wij bleven avondeten. Eén boer pakte, toen hij mij zag, een hakmes en ging voor mijn ogen vervolgens een kokosnoot uit de tuin hoog in een boom pakken. Vervolgens bood hij mij deze verse kokosnoot aan. Mukta en ik hadden van tevoren een vragenlijst opgesteld in het Bengaals. De mogelijke meerkeuze antwoorden waren in het Engels, zodat ik de resultaten makkelijk kon verwerken.”  

Is er een interview dat je is bijgebleven?

“Ja, één interview is mij heel specifiek bijgebleven. Ik heb namelijk gesproken met een échte rebel. Even een kleine geschiedenisles: in Bangladesh is er in 1971 een genocide geweest. Tijdens die genocide zijn er mensen in het verzet gegaan. Zij worden nu gezien als verzetshelden, doordat zij een bijzonder dappere rol tijdens de genocide hebben ingenomen. Zij worden ‘Freedomfighters’ genoemd door de lokale bevolking. Ik heb met een desbetreffende ‘Freedomfighter’ gesproken. Het interview ging over een TRM project dat al was afgelopen. De organisatie heeft gezegd dat het project vier jaar lang zou duren en vervolgens duurde het zes jaar lang. De freedomfighter vertelde mij dat hij hierdoor zeer boos werd en zandzakken bij de inlet (dit is de plek waar het water in- en uitstroomt) had geplaatst. Hij heeft daarnaast een grote groep gemobiliseerd om in protest te gaan tegen de langer durende TRM. En als klapper op de vuurpijl heeft hij ook een oude boom bij de eerdergenoemde inlet gelegd. Ik vond het bijzonder om te horen hoe hij een groep kan mobiliseren en voor zijn idealen en principes staat.”

Wat zijn de resultaten van je onderzoek?

“De resultaten waren eigenlijk vrij controversieel. Met controversieel bedoel ik dat de resultaten anders waren dan verwacht. De van tevoren verwachten verschrikkelijke impact van TRM kwam niet duidelijk naar voren in mijn resultaten. Het leek dus aan de hand van mijn resultaten zo, alsof het niet heel veel uitmaakte dat het land van de boeren vier à vijf jaar onder water staat. Dat is natuurlijk gek.  Het maakt het extra gek, omdat ik wel in de individuele gesprekken de armoede die TRM veroorzaakt heb gezien. Mensen hebben in mijn ogen gekeken en geprobeerd te vertellen in het Bengaals dat ze geen eten hebben. Dat is dus het scheve van mijn uitkomst. Ik weet dat ook. Ik vind het ook jammer dat mijn onderzoek dat niet goed heeft kunnen laten zien.”

Hoe is deze controversiële uitkomst dan te verklaren?

“Ik heb geprobeerd daar goed antwoord op te geven en op te vinden. Ik heb een bepaald raamwerk gebruikt. Dit raamwerk focust zich op verschillende facturen en niet alleen dus op de financiële factor. Denk aan de kennis van mensen en andere sociale factoren. Ik heb daarnaast ook wel drie beleidswijzigingen voorgesteld in mijn onderzoek. Ik heb geadviseerd om het compensatieproces te simplificeren. Het is nu een heel lang en bureaucratisch proces, waardoor de compensatie in werkelijkheid lager aanvoelt. Daarnaast moeten boeren op een veel lokaler niveau informatie krijgen. Boeren begrijpen vaak niet waarvoor TRM dient. Het moet goed en duidelijk aan ze uitgelegd worden dat het positieve impact heeft op de lange termijn. Als allerlaatste advies had ik dat de organisatie die TRM implementeert ook andere mogelijkheden moet bieden aan de boeren. Andere vormen van werk bijvoorbeeld waar de getroffen boeren met voorrang mogen werken.

Waar ben je ondertussen mee bezig?

“Momenteel ben ik aan het oriënteren en solliciteren voor een startersbaan, aangezien ik ben afgestudeerd. Ik heb daarnaast een bijbaan bij Vandebron. Ik heb ondertussen nog steeds contact met Mukta. Dit past bij mijn duurzame achtergrond.  Het liefst zou ik werken aan een project op het snijvlak van waterproblematiek, duurzaamheid op beleidsniveau en maatschappelijke onderwerpen. Dit zijn dezelfde elementen als het project waaraan ik heb deelgenomen dankzij het Minderhoud fonds. Ik denk niet dat dat toeval is.”